Kunstenaar: Piet Berghs
Locatie: In 2008 werd dit beeld (oorsponkelijke plaats hoek Groenstraat/Rijksweg Centrum) bij de reconstructie van de Rijksweg en de aanleg van de autoluwe boulevard verwijderd.
In 2010 zal het worden herplaatst op de kop van de markt bij de Annastraat.
Als je het stadsdeel Geleen in een woord wil typeren, hoe zou je dat anders willen doen dan met het woord chemie? In Geleen staan niet alleen grote chemische installaties, het herbergt ook een van de grootste chemische onderzoeksinstituten van Nederland.
Dus mag het niet verbazen dat de indertijd nog zelfstandige gemeente Geleen in 1993 opdracht gaf voor een chemiemonument. Het moest duidelijk in het oog springen en als de beste mogelijkheid daartoe werd gekozen voor het hoekpunt Rijksweg-Groenstraat.
Evenmin mag het verbazen dat de opdracht werd verleend aan Piet Berghs, niet alleen woonachtig in Geleen, maar in zijn vroegere jaren ook werkzaam als technisch onderwijs- assistent op de laboratoriumschool, dus iemand die als geen ander het concept chemie kunstzinnig vorm moest kunnen geven. En dat op zeer kunstzinnige, prikkelende wijze heeft gedaan.
De kunstenaar
Piet Berghs (1948) werd geboren in Meers als jongste in een gezin van tien kinderen. “Van huis uit een wijsneus en dus ook wel een beetje eigenwijs”, zegt hij daar nu over. We zullen hem niet tegen spreken. Want hoe kan een kunstenaar creatief en prikkelend zijn zonder eigenwijs te zijn?
Zijn vader viste met een kotter op de Maas. “Die kotter lag bij ons aan de Maas vlak voor de deur. Daarover heen had je een weids uitzicht en kon je hertjes zien lopen en zelfs Maria en Jozef op de ezel, als je wilde.”
Ja, wie in Meers heiligen en ezels ziet lopen, moet wel tot een hogere orde geroepen zijn, denk je dan. Sindsdien is zijn levensfilosofie dat de relatie met de natuur voor de mens de allerbelangrijkste is. Al vroeg wilde hij daar ook creatief uiting aan geven, maar zijn ouders vonden dat een vak een beter uitzicht zou bieden op het dagelijkse brood op de plank. Op zijn 22e is Piet dan chemisch analist en wordt assistent op de laboratoriumschool te Limbricht. Maar zoals we weten, kruipt bloed waar het niet gaan kan, zeker bij “eigenwijsneuzen.” Na een aantal jaren besluit hij part-time te gaan werken en een opleiding op de Kunstacademie in Maastricht te gaan volgen. Hij krijgt in die periode al diverse opdrachten en in 1997 besluit hij de chemie vaarwel te zeggen en zijn dagtaak in het atelier te zoeken. “Rijker ben ik er echt niet van geworden”, zegt hij nu, “maar wel tussen de oren.”
Wie anders dan Piet Berghs zou je dus een opdracht willen geven voor een chemiemonument in Geleen?
Het monument
Piet accepteerde de opdracht en zag het als een uitdaging om ‘een emotionele, beeldbouwkundige oplossing van het mysterie chemie’ te realiseren, zoals hij het nu, dertien jaar na dato formuleert. Is dat gelukt? Ja, zeggen degenen die conceptuele kunst zien als een prikkel het verhaal van de kunstenaar voor zichzelf te vertalen. Want conceptuele kunst geeft geen beeld van de werkelijkheid, maar probeert middels beelden de mensen te prikkelen zich een eigen begrip van die werkelijkheid te vormen. Hoe mensen daar nog vaak mee worstelen, bleek Piet toen hij het beeld opzette.
Een voorbijganger mompelde duidelijk hoorbaar: “Allemaal van mijn geld.” Piet ging naar de man toe en zei: “Mijn respect meneer, dan hebt U wel veel geld.” En een jongetje zei, toen de zuil overeind kwam, tegen zijn moeder:”Kijk mama, wat een grote lul.” Niet direct het mysterie van chemie, maar toch al iemand met een uitgesproken mening, vond de kunstenaar.
Een groepje passerende senioren begrepen er niets van. Piet heeft ze een verhaal verteld, dat hij zich niet eens meer herinnert. Wel nog zijn laatste advies, namelijk: “Heren, vergeet U meteen wat ik heb verteld, anders is de prikkeling weg.” Want dat is volgens de kunstenaar het hoofddoel van kunst, mensen te prikkelen om na te denken. “Je moet het verhaal zelf maken”, schreef Gombrich, “als ik het je moet vertellen, had ik beter schrijver kunnen worden.”
Wig
Een van de verhalen rond het chemiemonument zou het volgende kunnen zijn. Chemie is een belangrijk aspect van het dagelijks leven. Wat zouden we er zonder, zonder medicijnen, vezels, groeistoffen, verven en lakken, om er willekeurig enkele te noemen. Dus heeft de mens al vanuit de oudheid geprobeerd de geheimen van de chemie te ontsluieren. In de Middeleeuwen had je de alchemisten die probeerden goud te maken. Alle proeven werden keurig in laboratoriumboeken opgeschreven, maar als het weer eens niet klopte werden de pagina’s eruit gescheurd en verfrommeld op de grond gesmeten. Die zie je hier nog liggen, de bronzen lappen rond de zuil op het plaveisel. Maar dankzij succesvolle wetenschappers als Avogadro, Gay Lussac, Arrhenius, Mendeleev en anderen werden we toch heel wat wijzer en kwam er een prachtige zuil van kennis, die uitgevoerd in marmer, fier overeind torent. En daarboven? Daar bovenop, zes meter hoog en voor ons nog onbereikbaar, ligt een zak met mysteries, die allemaal nog ontrafeld moeten worden. Want een ding is voor de kunstenaar zeker: we hebben geen idee van wat er allemaal nog gaat komen.
En die wig in de marmeren zuil? Als we die niet in toom houden, splijt die de zuil en komt alles naar beneden. Want we hebben inmiddels ook iets als kernsplitsing uitgevonden en daar moet je uiterst voorzichtig mee omgaan, zoals we allemaal weten. “Als je niet uitkijkt, zijn die lappen op de grond best wel gevaarlijk”, zei laatst een oud besje. “Kijk oma, nu zie je hoe gevaarlijk chemie kan zijn.”
Eigenwijs
Het is slechts één verhaal. Loop er eens langs en maak je eigen verhaal. Of kijk naar de afbeelding, want het monument heeft zijn tijd gehad op de hoek Rijksweg-Groenstraat. Als gevolg van wijzigingen is het weg gehaald om straks opnieuw te worden opgericht bij de cultuurcluster. De kunstenaar meent dat het daar niet zomaar op het plaveisel kan, want dan kijk je er vanuit de cultuurcluster op neer en dat doet het chemiemonument zeker geen goed. Daar moet je immers naar opkijken! Prima Piet, blijf kunstenaar en blijf ons dus prikkelen.
“En nu moet ik weer verder met de kerststal”, zegt hij. Al dertig jaar zorgt hij mede voor een kunstzinnig kerstgebeuren in de kerk van Oud-Geleen. “Al dertig jaar heb ik die gipsen beelden in handen gehad”, zegt hij, “nu nog zorgen voor drie koningen, want die hebben ze niet meer.” Op mijn suggestie die in het atelier in Valkenburg te kopen, zegt hij met enige afkeer: “Hoezo die gangbare modellen kopen, die ga ik volgend jaar zelf maken.”
Inderdaad, een beetje eigenwijs. Hoezo een beetje?
Werken van Piet Berghs zijn op diverse tentoonstellingen in Nederland en daarbuiten geëxposeerd. Van 14 september tot en met
30 november 2008 had hij een solotentoonstelling in het Stedelijk Museum te Roermond met als titel “Bloesem van de steen.” Bij die gelegenheid kwam ook een geïllustreerd boek uit met recent werk van hem, verrijkt met poëzie, interviews en landschapsfoto’s. Kunstcriticus Ruud Lammerink schreef een inleiding op zijn werk.
Ook de Ed Meijer-prijs voor regionale samenwerking en de Cultuurprijs Geleen zijn door hem ontworpen.
Werken van Piet in onze omgeving zijn verder:
Spelende kinderen (Brouwersplein Geleen)
Scheppingsverhaal (reliëfs Paterskerk Geleen)
Confrontatie (raadhuis Geleen), door hem ook wel oneerbiedig de vrijende pinda’s genoemd,
Doorgang (bij Paterskerk Geleen),
Verbroederingssteen (bij Foroxity) en last but not least:
de Lichtvanger in zijn geboorteplaats Meers.
Wiel Gielkens