Kunstenaar: Wim van Hoorn
Locatie: Mauritspark
Verering
Dit imposant monument, gelegen langs de Mijnweg, verwijst naar het industriële verleden van Geleen. Aanvankelijk was in deze regio de Heilige Catharina de patrones van de mijnwerkers. Mijnwerkers uit Polen en de Balkanlanden vereerden echter de Heilige Barbara. Met hun komst begin twintigste eeuw brachten zij hun patrones mee. Toen in Geleen in 1926 de mijn Maurits werd geopend had Sint Barbara haar plaats reeds ingenomen. Vlak na de Tweede Wereldoorlog besloot men 4 december tot een vrije dag te maken voor de mijnwerkers van de Limburgse mijnbedrijven en niet onbelangrijk: die dag werd doorbetaald. Volgens de legende is dit de dag waarop Barbara door haar vader werd onthoofd omdat zij tegen zijn wil in bleef vasthouden aan het christelijk geloof. Bij herhaling was zij van huis weggelopen, zo zou zij een mijn ingevlucht zijn en zou de toren waarin zij opgesloten werd door haar vader door een blikseminslag zijn geopend. Vandaar dat zij patrones werd van de mijnwerkers en de artilleristen.
Daags voor Barbaradag werd de kolenproductie zo hoog mogelijk opgevoerd. Na deze zogenaamde “Barbaraschicht” werd door de mijnwerkers alvast een afzakkertje genomen in het café. Barbaradag begon met een Heilige Mis, daarna een feestelijk ontbijt. Jubilarissen werden gehuldigd en men werd stichtend toegesproken. ’s Middags waren er activiteiten voor de jeugd. ’s Avonds was er toneel en muziek en was er een gezellige bijeenkomst. Soms kwamen Sint en Piet op bezoek. Sint Barara wordt dan ook wel eens de vrouw van Sinterklaas genoemd. Na de mijnsluiting verdween dit gebruik. In 1982 werd het feest van Sint-Barbara in Geleen in ere hersteld.
Initiatief
In 1949 vormde zich een comité uit het gezamenlijk personeel van de staatsmijn Maurits met als doel te komen tot de oprichting van een groot Barbarabeeld- of monument. Het was de bedoeling dat de opdracht zou gaan naar een Limburgse kunstenaar en de geraamde kosten waren achtduizend gulden. Deze som zou geheel uit vrijwillige bijdragen van het personeel worden opgebracht. Als plaats werd aan de directie voorgesteld “het kleine grasveldje, gelegen tegenover de ingang der mijn en tussen de autobusparkeerplaats en oprit naar de woning van ir. Hellemans.” Voor de symbolische prijs van anderhalve gulden ging dit terrein later in eigendom over naar het kerkbestuur van OLV Altijddurend Bijstand. In 1982 werd de grond weer eigendom van DSM. Het beeld is nog steeds eigendom van het kerkbestuur.
Met allerlei activiteiten werden ondertussen de benodigde guldens bij elkaar geschraapt. Met name de opbrengst van een zomerfeest op 19, 20 en 21 augustus 1950 in Steinerbos leverde veel op. Toch moest er naderhand nog eens flink worden gecollecteerd onder arbeiders en beambten van de staatsmijn Maurits, omdat het beeld duurder uit was gevallen.
Ondertussen was er reeds een deskundige jury gevormd, bestaande uit prof. dr. G.J.A. Grond, E. Bellefroid, Niel Steenbergen, pater Renald Rats en Eugène Quanjel.
Uit vier inzendingen werd na ampel beraad het ontwerp van Wim van Hoorn gekozen. Zijn ontwerp was een breuk met de oude traditie en leverde nogal wat discussie op. Volgens pastoor Wermeling van de Geleense Kluisparochie had de kunstenaar “zich los kunnen maken van de traditionele vormen die zo onecht zijn, meestal nietszeggend en heel vaak marsepeinachtig.”
Ontwerp
Het grote Barbarabeeld staat midden in een basement van 8,20 meter lengte en zeventig centimeter hoog. De ornamenten aan de bovenkant ter weerszijden van de sokkel over de rand van het basement beelden drakenkoppen uit die water en vuur spuwen. Dit zijn ook de twee elementen die voor de ondergrondse mijnwerkers het meeste gevaar opleverden. De sokkel in het midden draagt
het 2,5 meter hoge beeld. In het ronde van de sokkel is een voorover gebogen mijnwerkersfiguur zichtbaar met houweel of kolenhak.
De H. Barbara heft de rechterhand als afwerend gebaar tegen het kwaad omhoog. De linkerhand draagt de bekende toren.
Voor de plaatsing van het beeld had aannemer Savelkoul uit Geleen de fundering in gewapend beton gestort als voorziening tegen eventuele mijnschade en om het zware uit Engelse steen vervaardigd beeld te kunnen dragen.
Onthulling
Onder een nagenoeg strakblauwe hemel en een gloeiende zomerzon vond op zondagmorgen 8 juli 1951 de plechtige onthulling en inzegening plaats. Hoofdbedrijfsingenieur Bergstein van de staatsmijn Maurits onthulde het beeld en de bisschop van Roermond, mgr. Guillaume Lemmens, zegende het vervolgens in. Links en rechts stonden OVS’ers (leerling-mijnwerkers) met brandende mijnlampen opgesteld als erewacht. Het plein was omzoomd met vlaggen en vele wereldlijke en geestelijke autoriteiten waren bij deze plechtigheid aanwezig. Ook van de staatsmijnen was een flinke deputatie aanwezig. Beeldhouwer Wim van Hoorn en zijn echtgenote ontbraken evenmin. Harmonie St-Augustinus van Lutterade nam de honneurs waar van het uitstedige muziekkorps staatsmijn Maurits.
De bij elkaar gebrachte som van fl. 10.000,00 was inmiddels aan de maker overhandigd. Meer zat er niet in de pot, ondanks aandringen van de kunstenaar, die meende dat de kosten van de fundering exclusief was en zo meende recht te hebben op
totaal fl. 11.600,00.
Wim van Hoorn
Wilhelmus (Wim) van Hoorn werd op 28 mei 1908 te Maastricht geboren, alwaar hij woonde en werkte. In 1936 vestigde hij zich te Amsterdam. Zijn atelier had hij aan de Amsteldijk, later in de Wibautstraat. Hij was een leerling van Charles Vos en bezocht eerst de Kunstnijverheidsschool te Maastricht en vervolgens de Rijksacademie te Amsterdam onder leiding van professor J. Bronner. Zijn beeldhouwthema.’s waren in hoofdzaak de “natuur” en “evolutie”. Zijn gekozen onderwerpen en zijn kunstrichting zijn te omschrijven als evolutionair. Hij was lid van de Nederlandse Kring van Beeldhouwers. Voor Limburg heeft deze beeldhouwer diverse bekende kunstwerken op zijn naam staan. Enige daarvan zijn een beeld (plastiek) bij de St.‑Joseph‑LTS te Hoensbroek (1950); het bronzen beeld van mgr. dr. Poels te Heerlen (1954); reliëfs aan het viaduct van de staatsmijn Hendrik te Brunssum (1957); het bronzen mijnwerkersmonument d’r Joep te Kerkrade (1957); het bronzen beeld van Petrus Regout, Maastricht (1961). Wim van Hoorn is overleden te Amsterdam op 17 september 1979.
Harry Strijkers